Uit een Scandinavische studie blijkt dat foliumzuur tijdens de zwangerschap een rol kan spelen in de preventie van cerebrale parese bij het kind. Deze aandoening, ook wel hersenverlamming genoemd, is een bewegingsstoornis die ontstaat door hersenbeschadiging tijdens of in het eerste jaar na de zwangerschap. In Nederland betreft het één op de vijfhonderd pasgeborenen. Symptomen kunnen zijn: spasticiteit, het maken van niet gewenste bewegingen, coördinatie- en evenwichtsproblemen.
In relatie tot zwangerschap is foliumzuur bekend om de preventieve invloed op neuralebuisdefecten. In deze studie is echter gekeken of er vergelijkbare effecten zijn op de neurologische ontwikkeling na de geboorte. Dat gebeurde aan de hand van gegevens van moeder-kindparen, ontleend aan de studie MOthers and BAbies in Norway and Denmark (MOBAND-CP). De gevolgen van een hogere inname van foliumzuur via voeding en/of supplementen werden nagegaan bij 190.989 kinderen.
In de studie werd onderscheid gemaakt tussen inname rondom de conceptie of tijdens de zwangerschap. In het eerste geval was er geen effect, maar wel wanneer foliumzuur werd ingenomen tussen de negende en twaalfde zwangerschapsweek. Het risico op cerebrale parese nam dan af.
Bij afzonderlijke analyses werd een gunstige invloed gezien op spasticiteit, maar dat verband was niet statistisch significant. Een sterk negatief verband was er wel tussen hogere inname van foliumzuur en het onvermogen van kinderen tot grove motoriek: de grote bewegingen met romp, armen en benen.