Bij urineweginfecties zullen artsen niet zo snel cranberry's adviseren omdat het bewijs voor werkzaamheid niet sterk genoeg is. Recent onderzoek zou daar echter verandering in kunnen brengen, althans voor bepaalde groepen. Het betrof de vijfde update van een review uit 1998, waarna nieuwe studies hadden geleid tot de versies 2, 3 en 4 met nog veel reserves. Die lijken nu in belangrijke mate te zijn weggenomen.
Sinds de laatste update in 2012 werden 26 gerandomiseerde studies gevonden, waarmee het totaal aantal op vijftig kwam. Bij de afsluiting in maart 2023 hadden in totaal 8.857 personen aan de onderzoeken deelgenomen. In de studies tussen 2012 en 2023 werden vergelijkingen gemaakt met een placebo, met geen behandeling of met anti- of probiotica.
Er was matig bewijs voor de werking van cranberry-producten in het algemeen, maar de effecten waren duidelijk vast te stellen bij afzonderlijke groepen. Dat gold niet alleen voor vrouwen met een geschiedenis van terugkerende infecties (bij wie al eerder gunstige uitkomsten waren gebleken), maar ook voor kinderen en voor personen die een verhoogd infectierisico lopen na een medische ingreep aan blaas of prostaat. De risicoverlaging bedroeg respectievelijk 26, 54 en 53%. Bij andere groepen werd een effect juist onwaarschijnlijk geacht: bij ouderen in verzorgingsinstellingen, zwangere vrouwen en volwassenen met blaasledigingsproblemen.
Over de beste toedieningsvorm (sap of tabletten) kon geen uitsluitsel worden verkregen. Er was ook geen effectverschil vast te stellen tussen lagere en hogere doses.
Referentie:
Williams G, Hahn D, Stephens JH, et al. Cranberries for preventing urinary tract infections. Cochrane Database Syst Rev. 2023 Apr 17;4(4):CD001321.