Opnieuw lijkt voedingssuppletie het kind van de rekening te worden in het coronabeleid. Want het uitblijven van officiële suppletieadviezen herhaalt zich nu de vaccinatie in volle gang is. Toch vindt het ‘voeden’ van de immuniteit voor én na inenting steun in wetenschappelijk onderzoek. Vanuit het Verenigd Koninkrijk klinkt dan ook een tegengeluid.
De twee schrijvers van het artikel in de British Journal of Nutrition maken zich zorgen over de onvoldoende bescherming die een vaccin biedt aan ouderen met een zwakke gezondheid of een status van ondervoeding. Bekend is dat met het klimmen der jaren ook het immuunsysteem veroudert en vaccinatie minder snel tot een goede respons leidt. Zij wijzen erop dat onderzoek naar het in het VK gebruikte Oxford-vaccin plaatsvond onder relatief gezonde ouderen en daarom mogelijk niet representatief is voor de hele leeftijdsgroep. Bovendien bleek de immuunrespons van mensen boven de 70 en zelfs al boven de 55 lager te zijn dan die van jongere mensen.
In studies is een lage status van micronutriënten in verband gebracht met deze gebrekkige respons. Zo werd in een meta-analyse een lagere graad van protectie tegen twee influenza-typen gevonden wanneer sprake was van een deficiëntie aan vitamine D. Daarnaast is in RCT’s vastgesteld dat verbeteringen kunnen optreden bij suppletie van een aantal nutriënten. Uit de beschikbare studies blijkt dat het immuunsysteem daarvoor de vitaminen C, D en E en de mineralen selenium en zink nodig heeft. Mogelijk geldt dat ook voor vitamine A, enkele B-vitaminen, koper en ijzer.
De auteurs besluiten met het voorstel om iedereen boven de zeventig jaar standaard en gratis een voedingssupplement beschikbaar te stellen. Te gebruiken vanaf enkele weken vóór tot enkele weken ná de vaccinatie.