Wedstrijdsporters zouden naast gezonde voeding elke dag een laag gedoseerde multivitamine (met 50 - 100 % ADH) moeten slikken om tekorten te voorkomen, volgens een promotieonderzoek van Wageningen University & Research naar voeding en supplementengebruik bij atleten uit de Nederlandse top en subtop. Tekorten verminderen de inspanningscapaciteit en kunnen het verschil maken tussen wel of geen medaille. Voor maximale prestaties en rendement van trainingen is voldoende brandstof nodig.
Het onderzoek werd gepresenteerd als het eerste grote onderzoek naar voedingsinname bij Nederlandse sporters sinds 1989 en één van de grootste wereldwijd. De studie onderzocht het eetgedrag van 553 elitesporters die aan krachtsport, duursport of teamsport doen. De sporters rapporteerden dagelijks wat zij aten en dronken aan reguliere voeding, sportvoeding en eventuele supplementen. In een aanvullende studie werden gegevens van 778 sporters geanalyseerd over gebruik van voedingssupplementen, sportvoeding en dieetbegeleiding.
Hoewel sporters, gezien hun inspanningen, minimaal de ADH van voedingsstoffen zouden moeten binnenkrijgen, haalt maar de helft dat niveau. De totaalinname van eiwitten van 80 % bleek in orde, maar daar is het tijdstip van inname een aandachtspunt. Eiwitinname zou beter over de dag verdeeld kunnen worden, bijvoorbeeld 20 gram per maaltijd en bleek vooral bij het ontbijt te laag. De inname van koolhydraten zou ook beter afgestemd moeten worden op de zwaarte van een training. Het aantal geconsumeerde koolhydraten varieerde opvallend weinig tussen zware en lichte trainingsdagen, terwijl er voor een zware training meer nodig is. Dieetbegeleiding kan voor een beter voedingspatroon te zorgen.
Uit de resultaten van de aanvullende studie bleek dat veel sporters voedingssupplementen gebruiken: 97 % had dat op enig moment gedaan tijdens hun sportcarrière, 85 % tijdens de afgelopen vier weken. De meest gebruikte voedingssupplementen en sportvoeding in de afgelopen vier weken waren multivitaminen- en mineralenpreparaten (43 %), isotone sportdranken (44 %) en cafeïne (13 %). Sporters die dieetadvisering hadden ontvangen gebruikten vaker vitamine D, hersteldranken, energierepen, isotonische dranken met eiwit, dextrose, bèta-alanine en natriumbicarbonaat, maar minder gecombineerde vitamines, calcium, vitamine E, vitamine B2, retinol, energiedranken, BCAA en andere aminozuren. Dieetadvisering leidde tot bewustere keuzes in supplementgebruik.
Referentie:
Evaluation of dietary intake and nutritional supplement use of elite and sub-elite Dutch athletes. Wageningen UR, press release. Februari 2017.